Concentratiekampen waren kampen waarin mensen, meestal onder millitaire dwang, bijeengebracht werden. Het was bedoeld om mensen op grond van etnische, religieuze of sociale kenmerken te isoleren en de mensen te breken. Dat werd fysiek gedaan of psychisch. Als de mensen eigenlijk hard gezecht al niks konden werden ze gelijk gedood. De vernietigingskampen werden vaak aangeduid als werkkampen, vernietigingskampen, internemingskampen, reserveringkampen, verzamelkampen en doorgangskampen. Al deze kampen hadden een ander doel.
Er moest hard worden gewerkt.
Bij vernietigingskampen ging het erom dat de mensen werden vernietigd. Vooral de joden waren hiervan het slachtoffer. Ze werden vernietigd met gifgas. Als je daar aankwam werd je gelijk gedood, een aantal uitzonderingen daargelaten natuurlijk. Dat waren de mensen die nog veel werk konden verichten. Bijvoorbeeld met het maken van kleding en het bedienen van de crematieovens.
Bij werkkampen lag de nadruk vooral bij de kracht van de mensen. Ze werden gedwongen om heel hard te werken. Dit noemde men dwangarbeid. Hierdoor zijn ook vele mensen overleden. Sommige mensen die de dwangarbeid niet meer aankonden pleegden zelfmoord. Het maakte niet uit of jong of oud was. Allerei verschillende leeftijden waren aanwezig in de werkkampen. De kampen waren in verschillende catogorieën ingedeeld. Catogorie 1 was het minst zwaar. Catogorie 3 was het zwaarst.
Interneringskampen waren vooral gericht op controle op politieke tegenstanders of politieke onbetrouwbare bevolkingsgroepen. Het ging erom dat de rechterlijke normen werden nageleefd. In Nederland was Kamp Schoorl een interneringskamp voor buitenlanders, joden en communisten voordat de Duitsers deze mensen naar concentratiekampen brachten.
Reserveringskampen waren geen kampen waarbij mensen werder gedood, maar waren om de mensen te reserveren en voor andere doeleinden te gebruiken. In de Tweede Wereldoorlog werden vooral joden naar deze kampen vervoerd die volgens de bezetter een belangrijke betekenis had in de maatschappij, zoals bijvoorbeeld kunstenaars of ex-militairen.
Verzamelkampen en doorganskampen waren de kleinste kampen die bestonden. Ze werden gebuikt om mensen te sorteren en ze daarna door te sturen naar grotere concentratiekampen. In de Tweede Wereldoorlog werden daar vooral mensen in verzameld die dagelijks opgepakt werden om ze met goederetreinen af te voeren naar vernietigingskampen. In de Nederland waren Kamp Westerbork en Kamp Amersfoort twee van deze kampen. In België was dat Kamp Mechelen en in Frankrijk was dat Kamp Drancy.